De Wilgenplas bij Rotterdam

Het is juist vijf-en-twintig jaar geleden dat de Rotterdamsche forensen, die liever in Den Haag woonden, dan in het toen nog heelemaal geen woonstadallures aan den dag leggende Rotterdam, hun eigen electrische treinverbinding kregen in den eersten electrische spoorweg, dien we in Nederland te zien kregen: van Rotterdam via Schiebroek, Berkel en Leidschendam naar Den Haag. Voor het aanleggen van de baan was grond noodig en voor een deel werd die uitgegraven in de gemeente Schiebroek, waar dientengevolge een 3,5 H.A. groote, dri meter diepe kuil ontstond, welke zich allengs vulde met uit den zandbodem opwellend water.

Een bonk van ongeveer 100.00 kubieke meter water dus in de onmiddelijke nabijheid van een groote stad.. daar moest wat mee te doen zijn! Het is alleen maar verwonderlijk, dat het zoo lang geduurd heeft, eer er iemand op dit idee kwam en dat het tot verleden jaar geduurd heeft, eer de plas een bestemming kreeg.

Of eigenlijk, ze was al eer in gebruik, maar niet voor het publiek. Eenige jaren geleden werd de plas, met verschillende andere terreinen er omheen, gekocht door den heer A. Poot te Rotterdam, die er voor zichzelf een uitspanningsplaats van maakte. Rondom den plas liet hij wilgen planten, op het aangrenzende terrein liet hij met visch en honderden eenden, ganzen en zwanen; kippen en konijnen vonden er een ideaal verblijf en met weekeinden of andere feestdagen vond de heer Poot er, vaak met zijn gasten, ontspanning van zijn drukke zakenleven. Er werd in den helderen plas gebaad, op het grasveld vermaakte men zich en allengs kwam de heer Poot er toe te beseffen, dat wat het, inmiddels tot Wilgenplas gedoopte water voor hem en zijn vrienden was, het ook zou kunnen zijn voor vele anderen: een prachtige zwemgelegenheid. Onderhandelingen met de gemeente Schiebroek liepen op niets uit en toen besloot de heer Poot de zaak zelf ter hand te nemen…. Zes weken later was de “Wilgenplas” omgetooverd in een modern openluchtbad.

Om er te kunnen komen moest men onder de spoorbaan door – de heer Poot liet dus met toestemming van de directue der spoorwegen, een tunnel door de spoorbaan graven van 2,5 meter breed; een café-restaurant werd gebouwd, een plankier met 90 kleedkamertjes, springtorens, vlotten, enz, en op het aangrenzende terrein verrezen allerlei turntoestellen, waaronder ook het in Duitschland zoozeer in de mode zijnde Röhnrad.

Den 22en Mei 1931 werd de Wilgenplas als zwembad officieel geopend en hoewel over het algemeen de zomer van dat jaar geen ideale was, waren er toch dagen, dat het aantal bezoekers opliep tot tusschen 5.000 en 6.000 terwijl de nieuwe badgelegenheid gedurende het geheele seizoen door ongeveer 100.000 personen werd bezocht. Waarbij dan nog kwamen de talrijke abonnés, die geregeld van den plas gebruik maken.

Zaterdag zal nu de inrichting voor het nieuwe seizoen geopend worden. Maar hoe!

Het succes van het eerste jaar deed den heer Poot besluiten van den Wilgenplas een inrichting te maken, zooals er geen tweede in ons land, en misschien ook niet daarbuiten, te vinden zou zijn. Om dat te kunnen verwezenlijken, moesten in de eerste plaats de verbindingen met de stad verbeterd worden. De tunnel onder de spoorbaan werd verbreed en in aansluiting met het bestaande uitbreidingsplan van Schiebroek werd dwars door de wei een 15 M. breede en 1,5 K.M. lange klinkerstraat aangelegd, waar straks ’n directe busverbinding met ’t Hofplein in Rotterdam zal worden onderhouden, en die ook den Wilgenplas gemakkelijk per fiets bereikbaar maakt. Ook de Ned. Spoorwegen willen wel hun deel van het vervoer naar den hebben en zoo werd in de baan der Z.H.E.S.M. een nieuwe halte “Wilgenplas” ingelegd, waar van 15 mei elf half uur een trein van de electrische zal stoppen. Zoo noodig zullen op drukke dagen extra treinen worden ingelegd.

Er wordt dus gerekend op een druk bezoek en in overeenstemming daarmee is deze winter hard gewerkt aan de uitbreiding van de gelegenheid, waarvan de heer Poot een allround sportpark wil maken. In de eerste plaats is het aantal kleedkamers uitgebreid tot maar liefst 1.800, die tot een cabinedorp, met een palmenallee in het midden, zijn vereenigd. Elke cabine heeft een eigen sleutel, die op geen andere past en voor 35 cent kan men zoo’n cabine voor een geheele dag huren en tevens van zwemgelegenheid enz. gebruik maken. Iedere bader krijgt een klein waterdicht doosje van bakeliet in bruikleen, waarin hij kleine kostbaarheden, die hij liever bij zich wil houdt of geld, kortom, van allerlei kan bergen en aan een gordel om zijn middel kan bevestigen en mee in het water nemen. Rondom den plas is een vijf meter breede en een kilometer lange wandelboulevard aangelegd, terwijl er voor dames, die liever niet in een gemengd bad zwemmen, een afzonderlijk bassin begraven is van 2.500 vierkante meter oppervlakte, met een diep en ondiep gedeelte, zoodat ook beginnelingen zich er veilig in kunnen wagen. Een dergelijk bassin is er ook voor de heeren. In den eigenlijken Wilgenplas zelf is voor de kleuters een stukje strand afgeschoten, waar ze veilig met de beentjes in het water kunnen ploeteren.

Vijftien badmeesters en badmeesteressen zullen bij het te verwachten drukke bezoek toezicht houden op de badenden.

Bij het zwembad zal het echter niet blijven. Reeds is nu er een volledig ontspanningspark naast het zwembad verrezen, met achtbaan en zweefmolen, autotent en lachhuis, poffertjes en wafelkramen, kortom alles wat in een modern “Luna”park thuishoort en waarin alle wegen met tegels bestraat zijn. In uitvoering is een voetbalstadion dat aan 35.000 bezoekers plaats zal bieden en dat de voetbalclub “Xerxes” zijn thuis zal mogen noemen.

Dat is wat voor dit jaar op het programma staat; het volgend jaar zal er alweer meer komen. Zoo bestaan er ook nog plannen voor een overdekte wielerbaan en denkt men zelfs aan een daarop te verrijden zesdaagsche, kortom, de heer Poot denkt daar op zijn 42 H.A. groote terrein een compleet sportpark te stichten.

Om een denkbeeld te geven van de wijze, waarop daar in Schiebroek gewerkt wordt, kan gezegd worden, dat in de vier maanden die men nu aan de uitbreiding gewerkt heeft, er 16.000 kubieke meters grond en 9.000 kub. M. zand is verzet; dat er twee kilometer hekwerk is geplaatst en vijf kilometer kabel voor licht en kracht-overbrenging zijn gespannen en een volledige hoogspanningsinstallatie is gebouwd. Aan de nieuwe cabines zijn verwerkt 10.000 vierkante meter schotwerk en 5.000 vierk. M. dekbedekking; voor den wandelboulevard zijn gebruikt 2.000 heipalen en 500 kub.meter. hout; voor den tunnel en de fundeeringen zijn 1.100 kub.meter beton noodig geweest, terwijl 200.000 trottoirtegels gelegd werden.

En dat alles is geheel in eigen beheer uitgevoerd door 300 werklieden, die er prachtig den winter mee zijn doorgekomen.

uit:
De Tijd
13 mei 1932