Brokkelige Helmut Jahn toren

Waar tot voor kort in Rotterdam het Gerzon-gebouw stond, staat nu een een verdwaald spoorweghuisje. Het doosje van staal, glas en glimmend graniet moet de Rotterdammers een indruk geven van de kantoortoren die hier, recht tegenover het 17e eeuwse Schielandshuis, over twee jaar zal zijn verrezen. Helmut Jahn heet de architect ervan. Hij is een drukbezet, kosmopolitisch en mondiaal opererende man, meldt een bordje op de tentoonstelling over Jahns ontwerp in het Schielandshuis met de gruwelijke maar juiste titel ‘Helmut Jahn bouwt aan de Blaak het hoofdkantoor van Credit Lyonnais Bank Nederland’.

Hij maakt zijn tekeningen op vliegvelden, staat er ook nog, en dat doet hij met een prijzige Mont-Blanc-pen die is gevuld met bruine inkt. Deze informatie over de architect van de kantoortoren is niet helemaal overbodig, maar zegt iets over Jahn: hij is de ‘architect van het succes’, de prins van de wolkenkrabbers. Chicago, Minneapolis, Philadelphia, New York, Durban, Los Angeles, Frankfurt (Manhattan aan de Main) en binnenkort dus ook Rotterdam (Manhattan aan de Maas) — allemaal hebben ze een of meer Jahntorens.

Chicago is de thuisbasis van de in 1940 in Neurenberg geboren Helmut Jahn. Op 27-jarige leeftijd vertrok hij naar de bakermat van de wolkenkrabber waar zijn idool, ex-Bauhausdirecteur Ludwig Mies van der Rohe (1886-1969), woonde. Hij ging er studeren aan het Illinois Institute of Technology, waar Mies van der Rohe jarenlang had gedoceerd, en kreeg een parttime baan bij het architectenbureau C.F. Murphy Associates. Hier klom hij op tot president en sinds 1981 heet het bureau dan ook Murphy/Jahn Architects. Zijn eerste werken uit de vroege jaren zeventig stonden nog in het teken van zijn fascinatie voor de strenge, ‘eerlijke’ dozen van Mies van der Rohe. Maar gaandeweg onderwierp Jahn de Miesdoos aan steeds meer bewerkingen en voorzag hij ze van ronde hoeken, inkepingen en verspringende gevels. Later kwamen dan nog de verwijzingen naar grote voorbeelden uit de architectuurgeschiedenis bij. Het spiraalvormige kantoorgebouw in Durban is bijvoorbeeld geïnspireerd op de Toren van de Derde Internationale van de Russische constructivist Vladimir Tatlin en zijn in 1984 ontworpen wolkenkrabber in Philadelphia kreeg een soortgelijke top als het Chrysler Building in New York. Ook het materiaalgebruik werd diverser. Ging in de jaren zeventig Jahns voorkeur uit naar gevels van (spiegel)glas, tegenwoordig gebruikt hij ook natuurstenen bekleding in verschillende kleuren.

Verrassend genoeg moet het hoofdkantoor van de Credit Lyonnais bank het zonder een eenduidig sterk beeld stellen. Het gebouw krijgt van alle kanten een ander aanzicht. Aan de Leuvenkolk overheerst de gebogen glazen facade, bekroond door eet modieus uitkragende metalen constructie. Aan de andere kant wordt het beeld bepaald door de getrapte, met grijs graniet beklede gevel en een lage uitbouw.. Deze uitstulping is op metalen poten geplaatst om te voldoen aan de wens van de welstandscommissie, dat het oude Schielandshuis vanaf de Blaak zichtbaar moest blijven.

Ook op andere punten heeft Jahn rekening gehouden met de wensen van de betrokkenen. Zo wordt hei gebouw niet hoger dan 106 meter, omdat het anders een obstakei zou vormen voor de straalverbindingen van de PTT. Toen bleek dat de opdrachtgever, Credit Lyonnais Bank Nederland, niet zo blij was met deze beperkte hoogte, heeft Jahn elke verdieping een paar centimeter lager gemaakt, zodat ruimte ontstond voor een extra etage. Aan de omwonenden heeft Jahn ook gedacht: de westgevels van de torent zijn schuin gemaakt zodat ook de op de eerste verdieping gelegen balkons van de woningen in de omgeving niet in de schaduw komen te liggen. Zonder een echte Jahn mag Rotterdam natuurlijk niet werkelijkaanspraak maken op de titel Manhattan aan de Maas. Over twee jaar is het dan zover, maar dit keer heeft Jahn al te veel betrokkenen tevreden moeten stellen. En wie te veel verschillende wensen heeft, krijgt zelfs van de prins der wolkenkrabbers een brokkelige toren. Het is met kantoren net als met maatpakken: wie er talloze zakken in wil hebben en er naast zijn kantoorarbeid ook jungletochten mee wil maken, krijgt zelfs van couturiers als Jahn geen mooi kostuum.

uit:
NRC Handelsblad
10 augustus 1993